24 juni 2009

Opdrogen

Dinsdag 26 mei 2009
Het wordt opnieuw een dag vol ledigheid. De reis naar de grotten gaat definitief niet door. Jammer, maar elders in Griekenland hebben we ook al grotten gezien. Zonder en met een ondergronds meer waarop wordt gevaren. Uniek is dat dus niet.
We komen Kardamíli zelfs alleen maar uit, omdat er nog getankt moet worden.
Kardamíli heeft zelf geen benzinepomp en we moeten de kamikaze, die door ons de tweede huurperiode niet veel is gebruikt, vol afleveren. Dat zijn de afspraken. Dat zijn de regels. Met My Car Rental.
Ik maak een wandeling door het dorp en zet de bloeiende kant van Kardamíli op de digitale kaart.Hierna zak ik af naar het haventje. Afzakken is misschien wel een verkeerd woord. Want voor ik daadwerkelijk naar beneden kan lopen, moet ik eerst nog een klein stukje omhoog. Niet zoveel, maar het is een klimmetje. En dat valt niet mee. Mijn knie schuift, klopt en zeurt. Werkt tegen als ik draai. Onder veel gepuf. Een oude stoomtrein kan nog iets van mij leren.Zelf leer ik ook weer iets. Hoe je een boot moet aanleggen. Je maakt een buiteling in het water. Schuifelt voorzichtig langs de boot naar de kust. Je trekt het meertouw mee. Stapje voor stapje. Heel voorzichtig. En als je dan eindelijk de veilige droge kant hebt bereikt, dan ga je een halfuurtje uitrusten. Op een grote steen. En natuurlijk meteen opdrogen. En ook nog even bedenken hoe het nu verder moet. Want je hebt wel door dat zit niet de handigste methode is.Het bootje ligt namelijk nog steeds niet goed. Dus trek je het bootje naar je toe en laat het touw weer vieren, omdat de sloep wel erg dicht tegen de rotsen aanligt. Bij een beetje deining slaat het tegen de stenen. En dat is niet de bedoeling. Na ongeveer een uur hard werken ben je tevreden. Tijd om naar huis te gaan. Sjokkend omhoog. En geen nat spoor achterlaten hè. Nee, het is warm vandaag. De zon heeft me al opgedroogd.
Fictie? Nee, echt waar. Het is gebeurd. Bewijzen? Nee, ik durfde het niet aan om dit op de foto te zetten. Dit was te erg. Ik bekeek het tafereel toen ik aan kwam lopen en de man zich nog ietwat verlegen verschool achter zijn moderne sloep. En daarna van een afstand. Bij het kerkje vandaan. Via een kleine omweg is het kerkje te bereiken. Door wat struiken heen. Nee, het is niet open. Ik kan geen kaarsje branden voor de vissers. En ook niet voor de man. Voor de goede afloop van zijn moeizame activiteiten.
Dan maar mijn aandacht verleggen. Eerst naar de kust. Waardoor ik weer een andere kijk op Kardamíli krijg. Daarna op de toren boven de haven.De toegangsweg is afgesloten. Waarom vraag ik me af. Tegenover de kust ligt het eiland Meropi. Hier staat nog een klein kerkje dat is gewijd aan de maagd Maria. Ooit moet hier ook een klooster hebben gestaan. Wel zijn de resten van een Venetiaans kasteeltje nog te ontdekken.Een pad loopt bijna helemaal rond. Aanmeren kan. Aan de oostkant van het eilandje. Daar liggen enigszins verscholen achter rotsblokken kleine strandjes. Hier waan je je helemaal alleen.
Er is echter niemand in de haven om mij naar de overkant te brengen. Dus wordt het tijd om te vertrekken. Naar het centrum. Ik koop daar een Telegraaf. Bij het lezen van het eerste katern heb ik al spijt. De inhoud is nog erger dan een roddelblad.Nee serieus neem ik deze journalistiek niet. En het lijkt wel of het steeds erger wordt. En voor de sport? Nee, daar hoef ik dit dagblad ook niet voor aan te schaffen. Alleen buitenlands voetbal. Niets over de nacompetitie. Terwijl die wel op zijn eind loopt. O ja, ook nog iets over de Formule 1. Een dubbelslag voor Brawn. Met Ferrari op drie en vier. De rode machine begint op toeren te komen.
Als ik afreken staat Tineke achter mij. Zij heeft haar eigen wandeling erop zitten. Vindt het vreemd dat IK de Telegraaf heb gekocht. Maar ik sta het blad ook zo weer af. Laat het liggen. Samen lopen we naar boven. Het is weer een hete dag. Te heet om je in te spannen.
Wolken trekken aan het eind van de middag langzaam over de Máni, over het Taïgetosgebergte. Met een fisse regenbui klaar alles weer op.
In The Secret Garden eten is niet mogelijk. Door de regen. Onder de bomen is alles nat geworden. En het blijft nog wel even vochtig door het druppen.Bovendien wordt er nog meer regen verwacht. Maar bij Evtychia kunnen we ook heel goed binnen zitten. Voor een open raam. De soutzoukakia (fijn gesneden worstjes in een stevige tomatensaus) smaakt uitstekend. En daarna over de weg terug naar boven. Het is een basis om vroeg te gaan slapen.
Ik slaap wat af in Várdia.

Geen opmerkingen: