27 oktober 2023

Bij Daeley gaat een lichtje op

Donderdag 26 oktober 2023

Je hebt onwaarschijnlijk veel geluk gehad en een reis gewonnen via een radioprogramma. Alles wordt betaald en je krijgt ook nog eens 1.000 euro aan vakantiegeld mee. Waar ga je naar toe, wie neem je mee, wat ga je er doen en in welke tijd wil je er naar toe. Dit is de schrijfuitdaging van Schrijvelarij voor de maand oktober.

 

‘Ja hoor’, dat heb ik weer verzucht Opa IJsbeer, ‘heb ik eindelijk een prijs gewonnen bij een radioprogramma, krijg ik via twee doorgaans zeer betrouwbare bronnen te lezen dat de berichtgeving slechts onzin is, dus heb ik de bevestigingsbrief in duizend snippers verscheurd. En blijft het daar maar bij, maar nee hoor schrijven ze ook nog doodleuk dat juist dat bericht niet klopt.’


Met veel gepuzzel, geleerd in coronatijd, heb ik al die prijssnippers in de juiste volgorde gekregen en op een groot vel geplakt. Daarmee ben ik naar de balie van het radiostation gegaan en uiteraard geloven ze mij niet. Weg hoofdprijs, geen reisje naar de zon voor ons terwijl hier de herfst in slagregens naar zijn hoogtepunt gaat. Dat is een forse tegenvaller, maar dan krijg ik een lumineus idee: een troostprijs. Als goedmakertje, een licht in de duisternis zeg maar, krijg ik een bezoek aangeboden en behalve mijn vrouw mag ik nog een persoon meenemen.


Dat treft, want onze jongste kleinzoon Daeley logeert een nachtje bij ons en die kunnen wij dan mooi verrassen. Hij denkt dat wij hem meenemen naar Brighton in Engeland waar Ajax die avond voetbalt. Helaas wil de radiozender zover niet gaan en brengen wij vanavond een bezoek aan het gratis festival Alluminous. Wij nemen vanuit Buiten de bus naar Stad en wandelen door het verlichte winkelcentrum richting Weerwater.


Langs dit binnenmeer ligt een wandelroute van ruim vijf kilometer met in totaal acht verlichte lichtkunstobjecten. Het ene werk prikkelt meer dan de ander. Zeker bij een jongen van acht jaar die van de ene naar de andere verandering in zijn nog jonge leven stuitert en voor wie een kermis geen dagelijkse pret is.


Onderweg door het Lumièrebos glibberen wij over een bruggetje, onder bomen door en schrikken van ieder geluid. Is dat een ritselend muisje, een opvliegende vogel? En die stemmen dan, worden wij zo meteen overvallen en door wie en wat dan? Uiterst langzaam, voetje voor voetje, naderen wij Circe, die voortdurend van kleur verschiet en als een spook lijkt te bewegen tussen bomen en struiken.


Deze godin is de dochter van de zonnegod en heeft tovenaarseigenschappen. In de reflectie van het water laat ik mij bijna gaan. ‘Opa niet doen’, waarschuwt Daeley. ‘Als je die laatste stap naar haar toe maakt, dan tovert ze jou om in een varken en moet ik je voortaan Opa Varken noemen.’


Oma pakt mijn hand vast en leidt mij het bos uit. Onze kleinzoon volgt trouw en heeft ook dit verhaal gered. Over het voormalige Floriadeterrein vervolgen wij onze weg. Zelfs in het donker is dit gebied, een jaar na dato, nog indrukwekkend. Het is een echter illusie te verwachten dat critici hier nu met andere ogen naar kijken.


Misschien is het een idee alles eens in een ander licht te plaatsen. Als een baken in het duister rijst de vuurtoren voor ons op. Precies op deze plek heeft de ideeënwolk een plaatsje gevonden en strooit het geluk over Daeley en ons uit. Bestrooid met liefde en geluk laten wij ons meevoeren richting de grote M in de wetenschap dat wij daar vanavond niet zullen uitkomen.


Daeley laat namelijk zijn Fantasie spreken en heeft bedacht dat onze route verder langs het water gaat naar Maastricht. Een wandeling van niets als je weet dat aan het einde van de tocht er nog een busrit naar huis staat te wachten.


Maar eerst heeft hij nog een andere vertelling in petto, over een panorama van dieren en gebeurtenissen waarin zijn hele leven voorbij lijkt te trekken. Van klein en gevoelig, over een bloemenweide naar de volwassenheid. Terwijl het gif van de waarheid rond de spelonken loert lacht uiteindelijk de overwinning hem toe.


Terwijl de knieën knikken en er geen ijs is om te laten smelten, waden wij naar het verzengende vuur dat gevoed wordt door de rietbossen uit zijn nieuwe omgeving. Een vonk slaat over en geeft ons het laatste zetje. Vol dankbaarheid voor zoveel moois en zoveel schittering kunnen wij er weer tegenaan.


Opa IJsbeer

18 oktober 2023

Een verhaal van Opa IJsbeer en zijn kleindochter Fayèn

Van oppassen op tot opassen voor

Woensdag 18 oktober 2023

Als opa heb ik diverse keren het voorrecht gekend verantwoordelijk te zijn voor onze kleinkinderen. Zoiets wordt ook wel oppassen genoemd. Ze hebben nu een leeftijd bereikt dat zoiets eigenlijk alleen voor de jongste nog geldt, hoewel die twee elfjarige banjers zo nu en dan ook een wakend oog kunnen gebruiken. Of zit het toch iets anders in elkaar?


Die vraag durf ik mijzelf eigenlijk niet te stellen, want stellen betekent ook beantwoorden. Ik draai liever ietwat om de hete brei heen. Inderdaad zo sportief ben ik als grootvader ook wel weer, om maar iets banaals te noemen.


Het geeft mij bovendien de gelegenheid voor te borduren op het sportieve vlak, want sportief is het viertal wel. De jongens trappen allemaal tegen een bal aan en de jongedame… ja dat is er een die zo stilletjes haar eigen gang gaat. Tot enkele weken geleden dan. Fayèn:  ‘Opa IJsbeer wil je komen kijken bij mijn training’, zo’n vraag is wel het laatste wat ik verwacht heb en het antwoord kan dus alleen maar een volmondig ja zijn.


En zo zit ik dus onverwacht bij Van Itterzon Sport in de sportschool om een vloeiende demonstratie van souplesse en doorzettingsvermogen te bekijken. En even moet ik aan mijn eigen sportactiviteiten denken als trainer Mike zijn pupillen mee naar buiten neemt voor de warming-up.


Ik zie mijn leraar Cees nog zo voor mij als hij ons laat valbreken op het schoolplein. Dat vallen hoort er hier niet bij en na een paar rondjes en nog wat oefeningen voor de knieën kunnen de handschoenen worden aangebonden.


Handschoenen? Inderdaad handschoenen, want deze taaie tante is helemaal gek op kickboksen. Met een fraaie serie stoten , afgewisseld door een trap met scheenbenen of voet teistert zij de boksbal.


Ondertussen geeft Mike op zijn eigen wijze de aanwijzingen. ‘Niet zeiken! Je komt toch om te trainen.’ Het is een oproep met een knipoog naar de vechters, die absoluut niet aangespoord hoeven te worden. En dat geldt zeer zeker voor Fayèn, die geen enkele vermoeidheid lijkt te kennen.

Geduldig werkt zij haar oefeningen af, luistert geduldig naar de aanwijzingen en glimt als Mike haar beloont met een luid ‘Jaaaa’. Van vechten, een partijtje sparren, komt het vandaag niet. Misschien gelukkig ook maar, want van oppassen op is het toch oppassen voor geworden. En als ik zo de zaal inkijk, nadat zij haar training heeft afgewerkt, dan constateer ik dat zelfs die volwassen vechters met respect naar haar kijken.


 

Opa IJsbeer