18 juni 2019

Daeley vindt Opa IJsbeer ondeugend


Maandag 17 juni 2019

 Twee dagen heb ik moeten wachten en dat is niet eerlijk. Zaterdag is Opa IJsbeer met mijn broer Yari naar Artis geweest en oma heeft beloofd dat zij met mij vandaag naar de dierentuin gaat. Nou mooi niet, want er komt iets tussen. Opa IJsbeer vindt dat zielig en neemt mij daarom maar mee. Eerst met de bus en dan wachten tot de trein komt. Ja alweer wachten, dat is toch niet eerlijk.


En dan wil Opa ook nog in de stiltecoupé zitten waar je heel rustig moet zijn. Daar word je toch vanzelf onrustig door. Als jongen van drie geldt dat in ieder geval voor mij wel. Stilzitten is moeilijk hoor en ook nog eens niets mogen zeggen, omdat andere mensen daar last van hebben. Er zijn helemaal geen andere mensen in onze coupé dus waarom moet ik dan stil zijn. En de conducteur mag zeker wel hard roepen dat wij in de Intercity naar Amsterdam zitten. Zo hard roepen dat de mensen hem in de hele trein kunnen horen. Alweer een geval van niet eerlijk.


En weet je wat ook niet eerlijk is? Dat ik pas drinken krijg als we in Artis zijn. Maar dan moet ik eerst na de trein nog wel met de tram en een paar minuten lopen. Dat laatste duurt gelukkig niet lang, maar eindelijk, eindelijk krijg ik mijn drinken. Moet ik wel zittend opdrinken van opa, ik vind dat die man wel heel erg streng is voor mij vandaag.


De ezel is dat helemaal met mij eens en is daarom heel dwars. Terwijl alle andere dieren op de kameelweide lekker lui liggen, staat hij dwars te zijn en draait zich ook nog eens om als Opa IJsbeer een foto van hem wil maken. Dat is mooi zijn straf.


Opa wil zeker ook verbieden dat de Japanse Makaak gaat drinken. Nou die trekt lekker ook zijn eigen plan vandaag. Het is een warme dag en dan kun je niet genoeg drinken zegt mijn oma altijd. Die aap maakt van zijn hand een klein kommetje en schept heel handig het water uit de gracht. Deze apen hebben het na-apen uitgevonden. Als ze iets bijzonders zien, doen ze dat allemaal na. In de winter kan het zomaar gebeuren dat ze met sneeuwballen gaan gooien. Vind ik niet erg, ik gooi ook graag met sneeuwballen. Het liefste in opa’s nek. En opa gooit terug met losse sneeuw. Maar ja het is nu warm en er ligt hier geen sneeuw, dus kan ik jullie dat ook niet laten zien.


Ik ben nog even naar de krokodil gaan kijken. Er zijn er twee en die lagen vandaag bij elkaar in hetzelfde water. Te niksen zoals ze dat altijd doen. En die komodovaraan kijkt naar mij alsof hij mij een lekker hapje vindt. Nou ik ben toevallig een lieve jongen en geen lekker hapje. Ook niet voor de groene boompython. Die houdt wel van kleine dieren. Die lokt hij met zijn staart en als ze dichtbij komen dan kronkelt hij zich helemaal om het beestje heen en wurgt hem. En dat vind ik niet eerlijk.


De Aziatische olifanten zijn vandaag weer druk op hun zandsteppe bezig. We moeten er helemaal omheen om ze te kunnen volgen. En dan ineens spat Opa IJsbeer mij zomaar nat. Mijn hele Ajax-shirt heeft hij nat gemaakt en mijn broekje een beetje. De spetters zitten zelfs in mijn nek. Dat doe je toch niet als je een opa bent?


Ik neem hem als straf mee naar het insectenhuis. En weet je wat ze daar voor dieren hebben? Nou spinnen. Ook de Braziliaanse zalmroze vogelspin. Die spinnen kunnen wel twintig centimeter groot worden. Opa IJsbeer is maar wat blij dat die spin vandaag achter glas zit want hij kan heel agressief worden en ook nog eens heel hard rennen. De mannetjes hebben langere poten dan de vrouwtjes en als ze in het nauw worden gedreven, dan schieten ze met brandhaardjes op je of ze bijten met hun giftanden. Die spin is ook in de Almere Jungle te vinden, dus iedereen die bang is voor spinnen: pas maar op, want je weet nooit of er een is ontsnapt.


Een ander vreemd dier is de Mombassa treinmiljoenpoot. Die leeft normaal in Oost-Afrika. Er liggen er hier heel veel. Ze leven van rottende bladeren en zijn heel belangrijk voor het vormen van vruchtbare grond. Als ze worden aangevallen komt er uit de vele haartjes een vloeistof die de huid irriteert. Ik zorg er wel voor dat ik ze uit de weg ga. Dan kun je beter een Opa IJsbeer tegenkomen.


Ik wil niet hetzelfde doen als mijn broertje afgelopen zaterdag maar naar de jonge zeeleeuw wil ik wel even kijken. En misschien krijgen de zeeleeuwen ook wel visjes, dat is zo’n koddig gezicht. Ik heb een beetje pech want de jonge zeeleeuw is er niet, maar als ik beneden ben geweest dan is hij er wel en… speelt verstoppertje met zijn moeder die op een steen zit en net doet alsof ze haar kind niet ziet.


Laat dat nou een van mijn favoriete spelletjes zijn; verstoppertje spelen. Altijd en overal. Het liefst verstop ik mij onder een deken of onder de tafel. Tafels zijn er wel in Artis, maar de dekens hebben ze zo goed verstopt, dat ik ze niet kan vinden en zelf dus ook makkelijk te vinden ben.


Weten jullie wie er ook goed verstoppertje kan spelen? De struisvogel, die stopt gewoon zijn hoofd in het zand. Maar toevallig weet ik ook dat hij heel nieuwsgierig is. Nou, ik heb al zo lang op de trein moeten wachten dat ik heel geduldig ben en gewoon wacht tot hij met zijn hoofd tevoorschijn komt en dan kan ik hem vinden.


Opa wil er niet kijken, maar ik vind dat we ook even voor oma bij de pinguïns langs moeten gaan. Want oma gaat daar altijd heen en vandaag is zij er niet bij. Zij vindt die beesten zo grappig. Ik eigenlijk ook wel, maar dat durf ik niet te zeggen als Opa IJsbeer erbij is.


Spelen mag ik vandaag met een Stegosaurus. Vanaf de staart omhoog klimmen en dan via de hals weer naar beneden glijden. Dat klimmen vind ik vandaag wel een beetje lastig. Een vreemde meneer helpt mij. Als die weg is wil opa mij wel een zetje geven, maar dat vind ik niet goed. Wel wil ik nog op de staart klimmen, maar glijden nee hoor.


Het wordt tijd om naar huis te gaan. Met de trein, die rijdt bijna net zo hard als de jaguar kan lopen, vertelt Opa IJsbeer. Dat is weer een van die rare grapjes van hem. Ik laat hem maar, gelukkig weet ik beter.

16 juni 2019

Yari doet Opa IJsbeer een plezier


Zaterdag 15 juni 2019

 Mijn Opa IJsbeer viert al jaren geen vaderdag en ik wil hem een plezier doen. Daarom heb ik donderdag mijn opa en oma gebeld of ik een paar dagen mag logeren. Dat kan nog niet meteen want ik moet op vrijdag nog naar school. Opa IJsbeer haalt mij op vrijdag altijd op uit school en dat is een mooi moment om de logeerpartij te laten beginnen; twee nachten zodat ik zondagmorgen bij mijn opa en oma wakker kan worden en hem kan plezieren met een voorleesbeurt. Ja, ik kan al lezen. En leer steeds meer moeilijke woorden, maar mijn opa vindt voorlezen heel erg leuk en dat mag hij nu een paar dagen achter elkaar doen. Over cowboys en indianen en bizons en boeven en nog veel meer. En die komen allemaal voor in de boeken van Arendsoog.


Natuurlijk kan Opa IJsbeer niet drie dagen lang achter elkaar lezen. Dat is wel heel erg vermoeiend en dan blijft er voor mij geen tijd over om te spelen met duplo en lego en tijd om filmpjes te kijken op de iPad en spelletjes te doen. En dan kan ik hem ook nog meenemen naar Artis.


Daar heb je heel veel soorten dieren en van sommige hebben ze zelfs een beeld gemaakt. Zoals van de maraboe, die raakt verliefd op de watoesikoe Monique en maakt een nest voor haar. Iedere nacht slapen zij samen in dat nest. Maar op een nacht draait Monique zich iets te wild om en komt op de maraboe terecht. Die breekt een poot en overlijdt. De beeldhouwer Joos Bunder vindt dat zo zielig dat hij een mooi beeldje van deze maraboe heeft gemaakt.


Ik heb voor wij naar Artis zijn gegaan nog een filmpje gezien over schoonmaken in een dierentuin. Dat is echt heel belangrijk werk en vandaag zie ik in het echt dat de oppassers heel druk zijn om de verblijven van de dieren schoon te maken. Overal zie ik meneren en mevrouwen bezig. Soms harken ze vuil weg, anderen ruimen poep op of spuiten stenen schoon en ik zie ook een mevrouw die het water bij de incastern van gras en wier ontdoet.


Omdat opa een beetje bang is voor de krokodil gaan we naar de nieuwe vijver van de roze pelikaan. Pelikanen leven altijd in groepen en als ze op jacht gaan naar vis dan zwemmen ze bij elkaar, omsingelen de school vissen en vissen ze dan op met hun grote snavel. Ze happen tegelijk veel water mee. Terwijl de vis in de grote keelzak verdwijnt loopt het water uit de snavel.


In de bomen rond de vijver staan allemaal reigers. Mijn opa kent het verschil tussen een reiger en een kwak niet en hij wijst een kwak aan als hij mij iets over reigers wil vertellen. Oké hij heeft een klein beetje gelijk, want de kwak behoort tot de reigerfamilie. In ons land komt de kwak niet meer in het wild voor, maar hier in Artis staat nog een echte nachtjager tussen de takken.


Vlakbij staat de Alpensteenbok en daar zijn nog niet zo lang geleden kinderen geboren. En die zitten allemaal al op de rotsen. Die kunnen nog beter klimmen dan ik. Een babymens moet alles eerst leren, maar de babysteenbokjes kunnen meteen klimmen, vertel ik opa. Als ze zich niet meteen in veiligheid kunnen brengen door op rotsen te klimmen blijven er weinig in leven, want dan zijn ze een heel makkelijke prooi voor hun vijanden. Opa denkt dat ik zoiets verzin, maar dat heb ik lekker geleerd op school en op filmpjes. Dan zijn die toch nog ergens goed voor.


Ik laat mijn opa nog allerlei beesten zien en omdat die man altijd honger heeft stel ik voor dat we iets gaan eten. Een croissantje voor hem en zelf neem ik iets gezonds; een lekkere koek en een soort cupcake maar dan met chocola. Omdat opa na het eten alles op tafel wil achterlaten ruim ik de rommel maar op, plastic bij plastic, glas in een krat en de rest bij het restafval. ‘Dat weet je goed Yari’, zegt mijn opa. Nou dat hoeft hij mij echt niet te leren. Hij weet het niet, maar ik vind dat heel gewoon hoor.


Om die oude man een beetje te ontzien ga ik na het eten in de speeltuin spelen, lekker klimmen en uitrazen. En ik ben niet de enige die speelt. Dat doen de zeeleeuwen in Artis ook. Je kunt vader zeeleeuw al van ver horen, die maakt een partij herrie.


Dat komt omdat hij trots is dat er een baby is geboren, maar de mama laat hem er niet dichtbij. De mama is bang dat die grote zeeleeuw het kindje iets wil aandoen. Ik vind dat wel goed van die mama dat zij haar kind zo beschermt. Nou weet ik ook meteen waarom babykinderen in een wiegje worden gelegd en in een kinderwagen, omdat die nog niet meteen kunnen lopen en toch ook bescherming nodig hebben.


Een bezoek aan Artis zonder even langs te zijn geweest bij de Afrikaanse pinguïn is niet mogelijk, want dan doe ik mijn oma verdriet. In hetzelfde hok zijn ook een paar Jan van Genten, dat zijn heel grote vogels. Opa is een beetje verliefd op de blauwe ogen van die vogel, maar knipogen willen ze niet. Het vrouwtje is ook veel te druk en zit op een nest.


Een bezoek aan de zeepaardjes weet ik te voorkomen door de roggen en de haaien te paaien, te klieren over kwallen en door te huppelen. Niet als een meisje, maar over stenen die in het water liggen. Door dat snel te doen voorkom ik dat Opa IJsbeer ook over die stenen wil lopen. Ik kan jullie wel vertellen dat is echt geen gezicht. Alleen als hij het water valt dan…


Over één beest wil ik het vandaag nog hebben. Dat is over een dier met een slurf. Nou welk dier? ‘Een olifant’, raadt opa. ‘Fout.’ Het gaat over de tapir die een kleine slurf heeft en de jonge tapirs hebben strepen. Geinig hè.



Het wordt tijd om terug te gaan naar Almere. Opa is flink moe en zit te gapen in de trein. Ik laat hem daarom maar even met rust. In Almere sleur ik hem mee door het centrum naar het NK, dat betekent Nederlands Kampioenschap, kersenpittenspuwen. Dat wordt vandaag en morgen gehouden. Toevallig weet ik dat daar ook ijs wordt verkocht en natuurlijk krijg ik daar een ijsje. Met twee bolletjes.


Die is op als we bij de Brouwerstraat hoek Zadelmakerstraat komen. Daar staat een bandje met opa’s en een oma muziek te maken en te zingen. No Ego en voor opa wil ik daar wel even langs. Nee die muziek vind ik niet mooi, maar hij wel en geloof het of niet hij staat echt een paar minuten te swingen. Alleen jammer voor hem dat ze Summertime niet spelen terwijl hij staat te luisteren.


Met de bus rijden we het laatste stukje en omdat ik zo goed op opa heb gepast krijg ik vanavond pannenkoeken. Die kan oma heel goed bakken. Misschien doet ze dat voor jullie ook wel een keer. Soms maakt zij ze voor mij met appel, maar daar heb ik vandaag geen zin in.


Als beloning krijgt oma van mij een flinke knuffel. En opa? Nou niet dus, die heb ik met een dagje Artis al genoeg plezier gedaan.