8 juni 2009

Gewijzigd plan

Dit is het eerste verhaal uit een serie van 24. Ze gaan over onze voorjaarsvakantie 2009. Verder is het mijn verhaal. Natuurlijk heb ik gebruik gemaakt van lectuur en heb ik geluisterd naar gidsen en anderen. Welke boeken ik heb gebruikt? Dat zal ik in het laatste artikel vertellen. De foto's die ik plaats zijn door Tineke en mij gemaakt.

Deze serie vakantieverhalen hoort eigenlijk over onze voorjaarsvakantie in Israël te gaan. En niet over een reis door Griekenland. Maar het kan raar lopen in het leven. De reis naar Israël hebben wij vorig jaar al aangekondigd. De route zelfs al helemaal uitgestippeld en een offerte aangevraagd. Een rondreis van vijftien dagen. Eerst naar het noordwesten, dan naar de Golanhoogte, vervolgens afzakken naar het meer van Galilea en verder zuidwaarts naar de hoofdstad Jeruzalem. De rondreis is zo afgestemd, zodat we geen transfers hebben op de sabbat. Een vakantie waarbij rekening houden met de gevoelens van het volk. Vooraf veel rekenen en puzzelen. Echt leuk.
Geen goedkope vakantie dat weten we. We hebben de prijzen van vorig jaar en daar komt iets bovenop. Maar de som die ons wordt voorgeschoteld is te gortig. Dat is slikken. En dat moet de vlucht nog eens worden betaald. Even wachten met een vlucht boeken, raad het reisbureau ons aan. Want er komen goedkopere aanbiedingen. Ja, dat is leuk maar de reis door Israël dan. Komen daar ook aanbiedingen voor? Nee, daar moeten we het mee doen.
De goedkoperen vliegaanbieding rolt even later met de mail binnen. Ons besluit staat dan al vast. Geen Israël reis (dit jaar) voor ons. Deze prijzen voor vijftien dagen zijn te gortig. Dit doen we niet. Bovendien vijftien dagen worden al snel teruggebracht tot dertien. Want we reizen pas ver in de middag naar Israël en zijn dus pas ’s avond op onze eerste bestemming. En bij het vertrek hebben we een supervroege vlucht naar Schiphol. Hier doen we niet moeilijk over. We zetten dat plan uit ons hoofd.
Een ander reisdoel? Daar doen we ook niet moeilijk over. Dat wordt de Pelopónnesos. Even googelen naar de site van Ross Holidays en dan staat ook de rest al vast.We gaan voor het plaatsje Kardamíli, dat als pittoresk staat omschreven. En de accommodatie Várdia staat ons ook wel aan. Iets buiten het centrum, op een heuvel. Het voorstel van Tineke wordt door mij met algemene stemmen aangenomen. Wel breng ik nog ene amendement in. Geen studio, maar een appartement. We willen er namelijk drie weken doorbrengen en dan is een kamer extra wel zo fijn.
We krijgen van Ross een vroegboekkorting en een extraatje omdat we een redelijk vaste klant beginnen te worden. Uiteindelijk zijn we bijna de helft goedkoper uit dan bij ons eerste plan. Wat wil een mens nog meer. Nou mooi weer bijvoorbeeld. De reis staat gepland voor vertrek op 11 mei en terugkeer voor 1 juni (Tweede Pinksterdag). Dus dat kan alle kanten op. Het kan regenen, maar ook flink warm zijn.
De Pelopónnesos is het meest zuidelijke deel van het vaste land van Griekenland.Door het graven van het kanaal van Kórinthos wordt de Pelopónnesos ook wel eens oneerbiedig een eiland genoemd. Maar doordat het via een aantal bruggen aan de rest van het vaste land is verbonden, willen de Grieken daar zelf niets van horen. En gelijk hebben ze vind ik. De Pelopónnesos is verdeeld in diverse provincies. Met de klok mee, Achaï, Korinthia, Arkadia, Lakonia, Messinia en Ilia. In dit deel van Griekenland wonen ongeveer anderhalf miljoen mensen.En de namen Olympia (in Ilia) en Spárta (in Lakonia) spreken uiteraard voor zichzelf. Maar ook de allereerste hoofdstad van Griekenland is hier te vinden. Olympia en Sparta staan uiteraard meteen op ons verlanglijstje. En de rest? Dat zien we later wel.
Zoals plaatsen en gebieden heeft ook de Pelopónnesos nog een andere naam: Morea. De naam van het schiereiland is een samentrekking van het Griekse woord nisi (eiland) en Pelops. Pelops was in de mythologie de zoon van koning Tantalus. Deze Tantalus zette de goden een maaltijd voor, waarin delen van zijn zoon Pelops werden ontdekt. Dit werd ontdekt nadat Demeter een hap van het voedsel had genomen. Pelops werd weer tot leven gewekt, maar miste wel een stuk van de stuk van zijn schouder (de hap van Demeter) en daarvoor in de plaats werd een stukje ivoor geplaatst. Later kom ik nog wel een keer (bij het verhaal over Olympia) op deze Pelops terug.
Het plaatsje waar wij heen gaan, heeft enige tijd als havenplaats van het vroegere Sparta gefungeerd.Kardamíli ligt zelf in de provincie Messinia. De hoofdstad daarvan is Kalamata, het financiële bolwerk van de Pelopónnesos. Misschien niet het belangrijkste maar zeker het beruchtste deel van Messinia is de Máni, dat zelf weer in twee stukken is verdeeld (Buiten – Exo en Binnen – Mesa). Exo Máni begint iets ten zuidoosten van Kalamáta bij het plaatsje Kambos en loopt door naar de stad Areopoli. Daaronder ligt het nog ruige Mesa Máni met vaak piepkleine dorpen.
De fantasie van de Grieken neemt soms wel eens een loopje met hen. Het kan natuurlijk ook mijn fantasie zijn. Maar goed. Tijdens onze vorige vakantie heb ik geschreven over de toegang naar de onderwereld, die via de rivier de Acheron te bereiken is. Nee, ik neem die worden niet terug. Toch schrijf ik nu dat de ingang naar Hades, in de zuidpunt van de Máni ligt. Bij Kaap Tenaro. Maar niemand heeft de opening daadwerkelijk gevonden. Of beter: er is niemand die het heeft kunnen navertellen, waar de weg naar de onderwereld begint. Ik hoor het de mensen al zeggen: ‘Ga eens naar Peter R. de Vries. Die weet het vast wel.’ Ik bedoel echter een andere onderwereld. Het rijk der doden, het schimmenrijk.
Maar terug naar de Máni en zijn bewoners, de Mánioten. Mensen met een enorme vrijheidsdrang. Het zijn echte maniakken, grijpen heel snel naar de sabel en het woord bloedwraak, kan hier uitgevonden zijn. De vendetta’s gingen soms om een blik, maar ook zijn hele families uitgemoord om een stukje vruchtbare grond.
De Mánioten zijn vermoedelijk afstammelingen van de Spártanen. Mensen die hun vorige stad vrijwillig dan wel gedwongen hebben moeten verlaten. Met name de Mesa Máni is altijd vrij gebleven. De Turken zijn er bijvoorbeeld nooit in geslaagd, om dit stukje te onderwerpen.
De Máni heeft krachtige mensen voortgebracht. Sterke families heersten over de streek. De macht in het noorden is daarbij altijd van vader op zoon overgegaan. Het zuiden hanteert echter een andere regel. De leider van een stam wordt gekozen. Een vroege vorm van democratie. In het gebied staan talloze woontorens en forten.Van de verering van de Griekse goden is in deze streek nauwelijks iets terug te vinden. Er staan wel veel kerken en kapelletjes. En onbewoonbare (dichte) kloosters. De meeste religieuze gebouwen zijn sowieso op slot tegenwoordig. Uit angst voor diefstal. De sleutel ligt soms op een verborgen plek. Er zijn ook sleutelhouders.
De Máni staat niet echt bekend om zijn mooie stranden. Zeker niet aan de westkant, het gebied waarin wij vertoeven. Wel is er voldoende gelegenheid tot zwemmen. We zullen het wel zien, als we er zijn. Kardamíli is zoals gezegd onze uitvalsbasis. Het ligt aan het begin of einde van de Viróskloof. Een wandelgebied, een gebied om tot rust te komen.

Geen opmerkingen: