3 juli 2008

Model
Zaterdag 24 mei 2008
Ik doe het rustig aan. Het is niet voor niets zaterdag en thuis komen we dan ook meestal rustig op gang. Bovendien waarom zou je je haasten. Siga, siga zeggen de Grieken. Op mijn gemak wandel ik naar de bakker. Het leven in Kokkári begint op gang te komen. Het ontbijt maken, de vaat doen. Het hoort er allemaal bij.
Tineke wil na die woeste dag in het westen het iets rustiger aan doen. Helemaal mee eens, maar aan het eind van de dag staan er toch weer 92 kilometer op de teller van Moppie. Dat we zo veel zouden rijden was ook niet mijn bedoeling. Het gebeurt gewoon.
Op het programma staat het bezoek aan twee kloosters, het dorp Mythilinii en een strandbezoek.Buiten staat Efie haar (vis)maaltijd voor te bereiden. De schubben worden geschraapt en de ingewanden worden verwijderd. En dat allemaal met vaste hand. Een visboer zal het haar niet verbeteren. Ik ben geen viskenner en ook nu nog heb ik geen idee om wat voor vis het gaat. Zelfs met een woordenboek in de hand kom ik er niet achter. Een geval van jammer dan.
Goed op pad dan maar, naar het eerste klooster.Dat van Timíou Stavroú. Dit klooster ligt op de zuidflank van het Ámpelosgebergte, ten noorden van de weg van Chóra naar Koumaradéi, op de weg naar Mavratzéi.
Het klooster stamt uit 1592 en is in 1828 uitgebreid gerestaureerd. Ook nu staat er weer een deel in de steigers.Kennelijk heeft de kerk weer geld verdiend en dat wordt dan uitgegeven om het gebouw te verstevigen en verder te verfraaien. Dat geld komt vooral van toeristen die met busladingen tegelijk naar binnen worden gereden.Wij zijn het net voor en kunnen zo op ons gemak de rust van het klooster inademen en genieten van de prachtige uit hout gesneden iconostase in de kerk, die niet op de foto mag worden gezet.
Maar probeer dat de toeristenhorde maar eens wijs te maken. Het staat in meerdere talen bij de ingang van de kerk aangegeven en iedere hostess/gids vertelt dat de excursiegangers voor zij de bus verlaten. Maar er is altijd wel iemand doof, Oost-Indisch doof, of hij spreekt zijn talen niet. Zo’n persoon komt filmend de kerk binnen en naast hem flits een licht als de fotocamera wordt bediend. Nee, in ben niet heiliger dan de aartsbisschop, maar ik ben het dit keer niet die zich niets van het fotoverbod aantrekt.Buiten fotografeer ik er wel lustig op los en volg de verkoopmonnik die de schare naar binnen lokt en hen wijst op het keramiek. De beker van Pythagoras. Wat daar nu heilig aan is, dat ontgaat me. Ja, de kruisen, de kruisiging, de heiligenplaatjes en de boeken, bijbels en bijbelboeken zoals Exodus en Genesis, daar kan ik volledig inkomen. Maar kannen en bekers?
Zijn jongere collega veegt ondertussen de vloer aan. Er ligt handvol blaadjes op de grond. Ja en dat is geen gezicht. Dat is echt iets om op de foto te zetten. En als een volleerd model poseert de monnik bij een straaltje water . Het is toch allemaal wat.
Nee, het zijn geen Romeinen, maar wel rare lui.
We vinden het wel goed verder en rijden een stukje terug naar Mythilinii, dat op toeristisch gebied vooral teert op zijn museum, Griekse avond en oude platéia.Dat is echter niet eens zo heel bijzonder. Boven de taverna waar wij een frappe nuttigen hangt een veelkleurig schild, binnen hangen foto’s uit een ver verleden. Portretten van mannen met trotse koppen.Er volgt nog een kleine rondgang door het dorp. Een hondje zit zielig aan een koord achter zijn hok te wachten. Nog een jong beest.Waar zal die ooit eindigen. Ergens op een veldje achteraf? Blaffen als er toeristen langs wandelen. In de hoop meegenomen te worden naar Nederland?
Zoveel leed wil ik niet zien, gauw weg, maar eerst nog een paar foto’s schieten van de kerk. Alleen de buitenkant dan. En daarna nog wat beelden en een gedenkteken.Bij het uitrijden belandt Moppie achter een tractor, dat is weer iets anders dan een vrachtwagencombinatie. Het geeft de gelegenheid om de omgeving uitgebreid op ons in te laten werken. Hoe langer we hier zijn hoe duidelijker zijn de sporen van branden, die ook in deze omgeving hebben gewoed. De sporen zijn zeker geen acht jaar oud, maar van recentere datum.
Via de al vaker beschreven kerkjes en het wipkonijn in Paleókastro belanden we bij het klooster van Agia Zóni.Ook hier wordt gewerkt. Is er sprake van herstelwerkzaamheden, maar of er hier een echt plan is? Ja er liggen tekeningen op een stoel.De bovenverdieping, het woongedeelte van de monnik lijkt klaar. Beneden is het echter een zooitje.Een arbeider probeert orde in de groene chaos te scheppen.Dan weer staat hij links, dan weer rechts te werken. Het heeft er de schijn van dat hij ons in de gaten houdt. Heel onwerkelijk. En dan loopt hij weer naar buiten met een vracht vol groenafval.
In de kerk is het donker.Goed voor de muurschilderingen die in de loop der jaren al aardig verweerd zijn. Ook de iconostase, uit 1625, heeft zijn beste tijd gehad.De restauratie hiervan zal veel geduld en geld gaan kosten. Misschien dat een reisorganisatie ook hier eens een buslading toeristen kan sturen?
Onze volgende stop is het strand van Mourtiá. Hier bevinden zich vooral senioren, lekker rustig.Maar wij kunnen zo snel geen taverna ontdekken en zijn wel toe aan een hapje en besluiten daarom om hier niet te blijven. Een verkeerde (strand)keus blijkt later, maar daar krijgen we toch ook wel weer iets anders voor terug.
We zakken af naar het zuiden en komen terecht in Órmos Posidónio.Het vaste land van Turkije lijkt hier nog dichterbij te liggen dan bij Órmos Psili Ámmos. Een strandtent met de naam Posidónio domineert de westkant van de kade. Een strandje ligt half half verscholen achter de taverna te wachten. We vinden een plaatsje aan de rand van het water. Gewaarschuwd voor de praktijken van de taverna-eigenaar, die graag verse vis verkoopt en daar soms exorbitante prijzen voor vraagt, houden we het op een klein hapje. Op tafel prijkt onveranderlijk een mandje met brood. Een deel van dat brood verdwijnt in kleine stukjes in het water. Want als je denkt dat we alles wel zo'n beetje hebben gehad, dan heb je het goed mis. Na katten, honden en eenden worden we namelijk ditmaal geconfronteerd met bedelende vissen. De grootste vissen vechten er echt om. Er valt nog net geen dode. Voor de kleintjes blijven er zelfs kruimels over. Hoe moeten die ooit groot worden?
Heel gewoon, groeien.
Tineke heeft het op het terras al aardig koud gekregen en ook ik ben een deel van mijn warmte verloren. Dat belooft weinig goeds voor een strandbezoek hier. Er staat gewoon te veel wind.In de volle zon zal het nog wel uit te houden zijn, maar dat proberen we niet uit. We besluiten het baaitje verder nog een keer te proberen, bij het kleine Órmos Klíma. Daar stappen we niet eens de auto uit. De toppen van de bomen zeggen genoeg. Vandaag kun je maar beter niet in het zuiden zijn. We rijden in een stuk terug naar Kokkári.
Daar treffen we de bussen met toeristen ook weer. Het is een drukte van belang in de straatjes van ons slaapdorp. In een van de shops kopen we een voetbaltenue voor onze kleinzoon Gianny. De shirts met Van der Vaart en Van Nistelrooy laten we hangen, het wordt ook geen Huntelaar, maar Giannakolous, in prachtig Grieks blauw. Een ode aan de onverwachte Europees kampioen van 2004. Ons jaar van Samothraki, Alexandropouli en Thassos. Het lijkt nog maar gisteren. Nadat we voor onszelf een Samos-T-shirt hebben gekocht trakteert Tineke op ijs en wordt het tijd voor Marin.
’s Avond kopen we keramiek voor het thuisfront en om aan de pergola te hangen. Ik breng het terug zodat ik er niet de hele avond mee hoef te slepen.Bij Thalassa eten we een goede Kokkinisto en drink er een glaasje tsipora bij. Nee dat is inderdaad geen bier en ook geen wijn. Wat wel? Gewoon een stevige Griekse borrel.
De Grieken op de terrassen veren op bij de Griekse inbreng op het Songfestival en zakken weer gelaten neer als blijkt dat er net niet wordt gewonnen. Vrouwen flaneren door het dorp. Het is echt zaterdagavond. Prachtige vrouwen in fraaie kleding en strak in het vel. Met een trotse bijna onaanraakbare houding. Zelf mag ik niet te dicht bij komen. Bij die vrouwen. Nee, bij het water.Ik ben echter ook niet van plan een nat pak te halen en duik daarom even later maar onder de lakens.

Geen opmerkingen: