19 oktober 2010

Wandelen
Deel 11 zaterdag 25 september 2010
Het ontbijt hier stelt nog steeds niets voor. Er liggen wat stukjes stokbrood, er is kaas, ham, jam, een stukje cake, koffie en jus d’orange. Geen melk, geen ei, geen fruit. Het zit er zo in, toch duurt het nog even voor we op pad gaan. Het begint al snel warm te worden en dat zal mij later op de dag nog aardig opbreken.
Vandaag is het onze wandeldag. Wandelen naar Emboria, dat is het plan. Die wandeling begint in Kamari, alleen is het boekje niet helemaal duidelijk waar precies. Daardoor hebben we al heel wat kilometertjes afgelegd voor we op het startpunt zijn en dan weten we het zelfs nog niet zeker. De weg proberen te vragen, een keer echt vragen en het daarna nogmaals proberen. Maar er is niemand om het te vragen. Twijfelaars noem ik die steeds weer vragende mensen vaak. En zo’n twijfelaar ben ik maar al te vaak.
Ik heb al snel door dat de bewegwijzering van het boekje niet echt klopt. Rechtdoor een kleine laan in naar het dorpje Messa Gonia betekent inderdaad rechtdoor, terwijl de hoofdweg naar rechts afbuigt, maar een bordje met de plaatsnaam is nergens te ontdekken.
Gelukkig is er wel een verwijzing naar het byzantijnse kerkje Panagia Episkopi, zodat we weten dat we op de goede weg zijn. Dit kerkje is ergens in de twaalfde eeuw gebouwd en is zeker de moeite waard om even te bezoeken. Hier worden busladingen toeristen gedropt om even te komen kijken. De deuren sluiten echter om twaalf uur. Veel tijd is er dus niet. Of eigenlijk hebben wij voldoende tijd, want de toeristen zijn net weg en we hebben het rijk alleen. Op de beheerder na dan.
Vlakbij het kerkje komt een weg naar de hoofdweg uit. Die nemen we op de terugweg niet en wandelen braaf terug naar het dorp. Officieel moeten we zelfs terug naar het punt waar we de hoofdweg hebben verlaten, maar rechtdoor lopen is toch een stukje korter en brengt ons niet alleen langs het grote wijnhuis Canava Roussos, maar ook langs een kleinere. Op talloze plekken op het eiland kom je ze tegen. De canava’s , een enkeling noemt zich zelfs biologisch.
Het lopen langs de hoofdweg is niet echt leuk. Gelukkig is er al snel de afslag naar het volgende dorp. Maar een verbetering is het niet. Want ook dit is weer lopen langs een hoofdweg, waar bussen, auto’s en motoren rakelings langs ons zoeven. Bovendien mist ook hier weer de verwijzing naar het dorp Exo Gonia, wel wordt er verwezen naar Pyrgos, het hoogst gelegen dorp op het eiland. Vanwege de rode dakpannen op de kathedraal Agios Charalambos weten we dat we nog steeds op de goede weg zitten.
Als we richting Pyrgos gaan, begint bij mij de vermoeidheid toe te slaan. We ontmoeten twee Belgen die dezelfde route volgen en net als wij moeite hebben met de route in het door Deltas uitgegeven boekje. Wij volgen netjes de weg tot we naar het centrum van Pyrgos kunnen, zij slaan iets eerder af en belanden zo al snel in de smalle straatjes van dit oude dorp.
Bezichtigen komt later nog wel eens, als we de auto hebben en niet al kilometers gelopen hebben. We moeten er bovendien ook nog een stuk of wat.
Ons einddoel is Emborio, maar eerst naar het klooster van Profitis Ilias.
De bordverwijzing langs de kant van de weg naar Profitis Ilias brengt ons wel bij een (gesloten) kerkje en gaat naar de top van de berg met dezelfde naam. Het betreft een wandelpad en we beseffen terdege dat die ons niet naar Emborio leidt.
Dus lopen we weer naar de weg en volgen die omhoog, maar waar de route naar Emborio is? We zijn op ongeveer driekwart van de top als we besluiten terug te keren, want dit is evenmin de juiste weg. We lopen terug, komen de Belgen tegen, die ook al dwalen en het niet meer weten.
Net buiten Pyrgos onderscheppen we een taxi, die ons voor tien euro naar Perissa vervoert, door Emborio. Ons eigenlijke plan is om vanuit Emborio naar Perissa met de bus te reizen en dan de watertaxi te nemen naar Kamari. Dus dat is goed. Ik vertrouw het water echter niet, de golven zijn mij veel te hoog. Misschien ben ik ook nog wel onder de indruk van het boek De stormprofeet waarin een hele vloot zeilschepen vergaat tijdens de zeilrace van Sidney naar Hobart.
Tineke stelt voor om de bus terug te nemen. Dat kan. Via de Fira Express naar Fira en vandaar een andere bus naar Kamari. Goed plan en de bus brengt ons terug naar de halte vlakbij Thira Tours, waar we ook de bootexcursie hebben gekocht. We lopen terug naar Blue Sea, doen nog wat inkopen bij de supermarkt en besluiten vanavond maar eens niet uit eten te gaan en vroeg onder de warme wol te stappen.

Geen opmerkingen: