19 juni 2010

Opgravingen

Deel 11 woensdag 19 mei 2010
Vroeg wakker en om half acht naar de bakker. Waarom niet. Een rond brood gekocht, lekker voor vanavond. Vandaag hebben we voorlopig voor de laatste keer het gebruik van de auto, hierna gaan we weer wat wandeltochtjes maken in de omgeving en misschien wel een keer met de bus weg. We zien wel. Niets moet alles kan.
Op het programma staat het bezoek van een aantal opgravingen aan de andere kant van Volos en een bezoek aan die stad zelf. Door Volos komen we zonder kleerscheuren, maar daarna gaat het mis. We belanden eerst in Dimini en vervolgens in Alikuri, op weg naar Nea Anghialos niet de meest voor de hand liggende route. Er loopt wel ergens een zandweg naar de hoofdweg, maar om daar met de rode Gertz overheen te raggen… Nee, daarvoor moet je een Jimmy tot je beschikking hebben. Dus terug, ergens rechts afslaan en dan nog een keer rechts en dan kom je vanzelf op de weg naar…. Athene.
Schrik maar niet, want die weg moeten we hebben. In Nea Anghialos wijst een bordje naar een oudheidkundige plaats, maar geloof de Grieken niet zomaar, want je komt gewoon in een moderne woonwijk terecht met lange rechte elkaar kruisende wegen. Terug naar de hoofdweg, die vervolgen en daarlangs ligt de vindplaats dus wel.
Een plek die al in de vierde eeuw voor Christus werd genoemd, maar de huidige vondsten dateren toch van zo’n duizend jaar later. Vindplaatsen van een aantal basilieken. Alles doet een beetje saai aan, een uitzondering vormen misschien de drie tomben, waarvan er een door plastic is afgedekt. In deze tombe liggen allerlei botjes. Niets menselijks is ons vreemd.
Oh ja, fotograferen is in dit gebied verboden. Het waarom ontgaat mij volledig. Het staat ook nergens aangegeven. Nee echt nergens, niet op borden op of buiten het terrein en ook niet op de folder die we in onze handen krijgen gedrukt. Ik verdenk de Grieken er hier van dat met een zak euro’s ze wel overstag gaan en ons wel foto’s laten nemen. Van buiten het hek kunnen ze mij echter niets verbieden en dus maak ik daarvan (heel stoer hoor) toch een tweetal pictures. En die kan ik dus zonder problemen met jullie delen.
Ons volgende doel ligt iets terug, meer naar de stad Volos. Ook nu is het weer even zoeken en opnieuw stelt het niet veel voor. We laten het derhalve rechts liggen. Demitras is echter niet één plaats, maar deze opgravingen beslaan een groot gebied, met daarin plek voor een theater, een paleis, versterkingen een basiliek. En ook hier wordt nog flink gewerkt. Tineke verliest al snel haar belangstelling. Voor haar is dit weer gewoon een berg stenen en vervalt al snel in peinzen.
Demitras ligt iets ten zuidwesten van het huidige Volos. Dit gebied kende zo’n driehonderd jaar voor Christus een grote bloei en werd gesticht door Demetrius I Poliorcetes, de koning van Macedonië, en de stad stond toen bekend als Demetriades.
Genoeg oude geschiedenis. Voor nu, al valt het deze vakantie eigenlijk best mee, vind ik zelf.
Een belangrijke vraag is nu: Hoe moeten we heelhuids door Volos komen en daar ook nog een goede parkeerplek vinden? Dat laatste is inderdaad een probleem. De bedoeling is dat we in Volos gaan eten en dat ik ga pinnen, want met mijn ING-kaart blijkt dat niet overal mogelijk. Het vinden van een parkeerplaats buiten de stad lukt prima, maar ietwat naar het centrum vind ik niets en Tineke ook niet.
Wel de route door de stad heen. De weg die we ook zondag al hebben gereden. Langs deze drukke weg de auto neerzetten heeft overigens geen enkele zin, want ieder plekje is al bezet. We rijden door, naar Agria. Langs de kust kun je hier al evenmin parkeren en we vragen ons af hoe de strandtentjes het hier redden. Nou dan maar door naar Kalá Nerá en een latere keer met de bus of zo naar Volos voor wat geld, want er zit nog wel wat in de portemonnee.
In ons dorpje eten we een pita souvlaki bij Roulena, naast Paris. Ze hebben hier ook een hotel, maar alles lijkt zijn beste tijd gehad te hebben. Voor het geld hoef je het eten niet te laten. We zijn slechts vijf euro kwijt, evenveel als voor twee frappé.
Bij onze supermarkt doen we onze boodschappen, waarna ik terugloop naar het dorp en op het terras van Enalion een bier bestel en ook dit verhaal uittik, nadat ik eerst een mailtje heb verstuurd naar onze volgers. Een tweede Alfa volgt, nee niet die uit Limburg, maar dit Griekse bier is naar de eerste letter van het Griekse alfabet vernoemd.
Voor de verandering volgt ’s avonds geen bezoek aan een restaurant. We hebben nog wat brood, tzatziki en een Russische salade, plus twee paar pakjes cup-of-soup. Ik eet twee sneetjes brood en daar blijft het bij. Daarna slaap ik het klokje rond.

Geen opmerkingen: