29 oktober 2007

Nog een rondje
Maandag 1 oktober 2007

Weliswaar geen ontbijt op bed voor Tineke, maar het zacht gekookte eitje komt er een dag later dan ik heb beloofd. Terwijl de dag eigenlijk heel slecht is begonnen. Als je gevoelig bent voor Griekse gebruiken althans.Bijna de hele weg naar de bakker ben ik namelijk begeleid door kraaien. En dat zijn brengers van slecht nieuws en onheil. Het zien van deze zwart/bruine vogels is nog niet zo erg, maar als je ze hoort roepen, dan is het goed mis. En horen deed ik die beesten. Ook nadat ik mijn gehoorapparaten had uitgezet vanwege de wind, die voor een irritant fluitend geluid op mijn oren zorgde, bleef ik de kraaien horen. Daar is maar een remedie tegen, dan moet je zeggen: sto kalo, sto kalo, kala nea na me feris. (Het ga je goed, het ga je goed en ik hoop dat je mij ook goed nieuws brengt).
Bij de bakker trad overigens een verandering op. De ‘oude baas’ zat trouw op een stoel in het hoekje van de bakkerij te wachten, terwijl zijn kopje koffie in handbereik was. De verandering had achter de toonbank plaatsgevonden. Ofwel de vaste verkoopster (de bakkersvrouw?) was in een nacht een stuk ouder geworden of had ineens andere bezigheden. De echtgenote van de oude baas nam – met een guitig lachje op haar lippen – de honneurs waar. Met verve.
We besluiten naar de berg Olimbos te rijden en daar – wandelend – een bezoek te brengen aan de Panagia Limbiani.Bij een van de ritjes in het noorden heb ik de toegangsweg ontdekt naar de 367 meter hoge berg. Een onverharde weg, net voor Katoumes. Als Tineke afslaat, raakt het chassis de bodem. We rijden nog een stukje door, maar als de weg smaller wordt heeft Tineke er een slecht gevoel over. ,,Als we onderweg iets tegenkomen, kan ik geen kant meer op.’’
Bovendien is het geen 4WD, waarmee je makkelijk over heuvels crosst.
Als we vanaf dit punt de benenwagen nemen zijn we ongeveer anderhalf uur onderweg. En zo’n zelfde tijd zal ook de terugweg in beslag nemen. Plus we kunnen de auto niet hier laten staan en zullen dus terug moeten. Dat maakt de wandeling ietsje langer. En willen we echt wel naar die pilaren?
We draaien om en besluiten elders een plekje te zoeken op het eiland. De rust is overal weergekeerd. De Grieken van het vaste land zijn weer naar huis. Het toch al rustige Skyros is er daardoor nog rustiger op geworden. Rustig tuft Tineke langs de ons al bekende plekjes naar het westen. Doordat zij deze route al een paar keer heeft gereden, kan zij iets meer om zich heen kijken.
Aan de kust staat een bemande brandweerpost. De brandweerman rookt een sigaretje. Hoeveel achteloos weggegooide peuken hebben al niet voor brand gezorgd. Nou ja, bluswater is dichtbij.
Voorbij Atsitsa is het weer stof happen.We zakken af naar Agios Fokas, waar aan de noordzijde van de baai een bootje ligt te dobberen vlakbij het strand. Iets dichterbij, bij de taveerne staat een pick-up.Aan de zuidpunt staat vlakbij de baai een gebouwtje. Daarboven torent een kapelletje, dat mijn aandacht trekt.
We moeten daarvoor pal langs het gebouwtje, waar een paar mannen begonnen zijn aan een vroege siësta.Om bij de kapel te komen moeten we het hek, dat wegens de schapen gesloten is door. Geen enkel punt, ga je gang. De Griekse gastvrijheid kom je overal op Skyros tegen. Overigens is er aan de andere kant van de heuvel een vel papier op het hek geprikt, daarop staat aangegeven dat het om privé-terrein gaat.
Wij wandelen omhoog naar de kapel en uiteraard kijk ik binnen even rond. Tineke zoekt een rustig plekje op en geniet van de stilte.Ik loop langs de rotsen, die stijl afbuigen naar beneden.
Iets verder op het terrein staat nog een gebouwtje, dat mijn aandacht trekt. Nieuwsgierig als ik ben, ga ik ook daar naar binnen. Het is een oude schuilhut, verblijfplaats voor de boeren en herders. Het gebouwtje aan de kust heeft die plaats ingenomen. Binnen liggen enkele matrassen, een open haard annex stookplaats. Een paar drinkbekers, een kandelaar, versiering aan de muur. Een motorblok op de grond. Stille getuigen van wat eens is geweest.
We wandelen op ons gemak terug. Het hek afsluiten hoeft niet, ach de schapen lopen toch niet weg. Een vriendelijke groet. Weer een stukje Skyros.
We zijn inmiddels dichtbij de verharde weg gekomen en laten Pefkos onder ons glinsteren. Iets verderop nemen we de weg naar de hoofdstad, komen langs een vaste winkeltje en pakken nog een glaasje drinken op het plein van de Chora.
Bij Pélagos wordt een laatste wasje gedaan en verder rustig relaxen. De fietsen van de buren staan er nog steeds onaangeroerd. Zij en de verhuurder hebben duidelijk geen haast.

Geen opmerkingen: