1 augustus 2008

Onweer
We zijn door de fietspech iets langer in de IJhorst gebleven dan we aanvankelijk in deze omgeving willen blijven. Daarom is een flinke ruk noordwaarts wenselijk. En wat doe je dan? Dan zoek je allereerst bekend terrein op. Zover je daar van kunt spreken uiteraard.
We rijden door Ruinerwold, Ruinen en Ansen met zijn Anserdennen. De fietskar komt goed door dit terrein heen en stuwt mijn fiets op de glooiende paden bijna automatisch voorwaarts in de richting van Dwingeloo.
Het wordt hier ook meteen wat drukker. We pakken de weg naar Diever en steken bij Dieverbrug niet alleen de Drentse Hoofdvaart over maar ook de drukke Rijksweg. Dat was vroeger dé verbindingsweg naar Assen en nog noordelijker naar Groningen. Sinds de komst van de snelweg, die van Zwolle via Hoogeveen naar het noorden gaat, wordt de Rijksweg veelal door het sluipverkeer gebruikt, maar het vormt ook een toeristische slang naar het noorden. Gelukkig staan er verkeerslichten bij het kruispunt bij Dieverbrug, zodat we veilig de overkant bereiken.
Net buiten Diever ligt op landgoed Berkenheuvel in het Wapser Zand een Onderduikershol, het vormt een schuilplaats voor een forse regenbui. Het hol is gegraven door enkele jongens uit Diever, die zich hier verstopten voor de Duitsers. De ruimte is in de loop van de Tweede Wereldoorlog verder uitgebreid en tenslotte enige tijd permanent gebruikt. Ook voor het opvangen van geallieerden, zo zijn er wekenlang twee neergeschoten Amerikaanse piloten verstopt, tot ze via het verzet zijn weggevoerd. Het hol is ook nog gebruikt als uitvalsbasis door het verzet bij allerlei acties in de omgeving en er allerlei bruikbare goederen, zoals medicamenten, hebben hier opgeslagen gelegen.
De verrader slaapt echter nooit. Dat was toen en is nog steeds zo. De Duitsers zijn op het spoor van het goed verstopte hol gezet door collaborateurs. Het eind komt op 22 november 1944. Iedereen in de omgeving wordt opgepakt en uiteindelijk zijn er acht mensen gefusilleerd.
Voor onze veiligheid en van die van alle andere bezoekers van deze historische plaats is het Onderduikershol na de oorlog versterkt en de ingang is bovendien zichtbaar gemaakt. Vanaf het Onderduikershol loopt een mooie route noordwaarts langs het Wapser Veld door het Nationaal Park Drents Friese Wold. Het gebied gaat naadloos over in de Boswachterij Appelscha.
Ik stel voor om daar ons einddoel van te maken, voor die dag. Twee redenen voer ik hiervoor aan. Appelscha heeft een pretpark, dus leuk voor de kinderen. Bovendien nodigt het weer niet aan om veel verder te rijden.
Het weer wordt namelijk steeds onstuimiger. Weliswaar voorkomt het dekje op de kar dat onze spullen nat worden, maar morgenochtend een natte tent inpakken daar heb ik geen trek in. We gaan daarom op zoek naar een overdekte slaapplaats.
Bij die speurtocht worden we geconfronteerd met een asielzoekerscentrum, in het recreatiepark De Roggeberg. De asielzoekers staan sip buiten de hekken in de regen te wachten.
Te wachten op wie?
Te wachten op wat?
Wat hebben wij het dan eigenlijk goed met zijn allen.
We vinden een pension, waar we twee kamers kunnen boeken voor een nacht.
In de woonkamer kijken we met enkele volwassenen naar De Tour de France, die verreden wordt. Tot verdriet van Raema. Die heeft zelf al genoeg gefietst. En heeft er geen trek in om ook nog eens naar een stelletje bedriegers op de fiets te kijken.
Zij heeft haar oog laten vallen op het Klokhuis, maar in een zoetzure appel hebben de meeste volwassenen geen trek. Ja, en dan wint de leeftijd. Helaas.
We gaan buiten de deur eten, bij een Chinees. Ja, die hebben ze ook in Appelscha, zonder klokhuis.
’s Nachts trekt een hevig onweer over het Friese land en ons pension. Oh, wat zijn we blij dat we deze keuze van overnachten hebben gemaakt.

Geen opmerkingen: