24 oktober 2018

Yari en Opa IJsbeer in het drukke Artis


Dinsdag 23 oktober 2018

 Artistiek?
Ik zoek je.
Een bezoeking?
Nee een bezoekje aan…
Artis!


Ik geef het toe, deze woorden zijn niet van mij, maar van Opa IJsbeer. Zelf heb ik iets anders in gedachten. Maar ik gun hem de lol. Gisteren heb ik nog met mijn oma en met mijn grote neef Gianny gezwommen, maar vandaag moet ik mijn oude opa een beetje in toom houden. Ik fungeer dus als een soort oppasser.

Anders gaat hij gekke dingen doen. Hij wil mij bijvoorbeeld meenemen naar een museum, dat ook geschikt is voor kinderen. Oké het Vestingmuseum in Naarden is leuk en daar heb ik veel plezier gehad met hem, maar daar wil ik toch niet iedere keer heen.

En het bezoekje aan de Oostvaardersplassen is ook niet verkeerd. Dat verandert voortdurend en een klein beetje gluren naar de dieren… Maar dat kan ik ook op andere plaatsen.

Zoals in Utrecht waar ik heb gegriezeld bij de dinosaurussen. Daar wil ik wel weer heen, maar oma zegt dat die er niet meer zijn. Die dinosaurussen bedoelt zij.

Dus dan toch maar weer naar Artis, daar ben ik al een hele tijd niet geweest. Dat is goed Yari, zegt mijn opa, dan gaan we daar vandaag heen. En wat wil je daar dan allemaal zien? Nou dat is voor mij geen punt: de tapirs en de vissen, krokodillen, leeuwen. En, nou ja, heel veel dus. Maar ik kan niet alles aan jullie laten zien en ik ga ook niet alles verklappen. Nu vragen jullie je misschien af, waarom begint Yari nou met tapirs? Dat zal ik vertellen. Opa IJsbeer en ik zitten soms op de fiets en dan fietsen we door de Faunabuurt en door de Tapirstraat. Ook als ik naar de bushalte wandel, kom ik door die straat. En Opa IJsbeer heeft mij wat over de tapirs vertelt, dus daarom.

Maar voor we daar zijn komen we eerst langs apen en pelikanen. Die zijn in de zomer verhuisd. In juni is er nog een pelikaan ontsnapt uit Artis. Want de roze pelikanen, kunnen niet alleen heel mooi drijven, maar ook vliegen. Om te voorkomen dat ze uit Artis wegvliegen, worden ze gekortwiekt. En deze pelikaan heeft voordat de oppassers dat kunnen doen de vleugels genomen. Bij die pelikanen zitten ook aalscholvers, die zie je bij ons ook in de buurt. En die mogen wel vrij rondvliegen. Maar ze komen graag bij Artis, omdat ze hier een lekker visje kunnen vangen.

Bij de tapirs, met hun gekke kleine slurfjes, ga ik op zoek de babytapir. We lopen helemaal rond en zien wel lama’s en andere dieren. En twee luie Zuid-Amerikaanse tapirs, die alleen hun kop op willen tillen. Maar een kindje zien we niet. Aan een Artis-meneer vragen wij of de jonge tapir binnen zit. Volgens hem moet hij wel buiten zijn. Wij lopen tweemaal rond de pampa en zoeken en zoeken. Maar nee hoor, ook onder de brug niet. Er is geen jonge tapir te vinden.

Dan maar naar de vissen. We komen langs de jaguars, die heen en weer ijsberen en bij de stokstaartjes die rondrennen. Eentje houdt de wacht en kijkt rond of er geen gevaar is. Nou mijn Opa IJsbeer is zeker niet gevaarlijk, dus even later doet de wachter ook vrolijk mee aan het tikkertje spelen.

De dinosaurussen in Artis leven niet meer, dus daar hoef ik niet naar te kijken. En tegen de eieren schop ik natuurlijk niet. Want anders breekt de schaal misschien wel en komt er een gevaarlijke dino uit. Nou maar vlug naar het aquarium, waar de vissen in grote bakken rond zwemmen. Uiteraard wil ik de haaien zien, maar ook een Nemo-vis en een Dory-vis, die in het echt heel anders heten. Maar ga dat zelf maar bij Artis vragen.

V
ia de rumoerige zeeleeuwen komen we bij het vlinderhuis. Buiten druppelt het zachtjes en binnen druppelt het ook, maar niet van de regen, maar omdat het hier zo warm is. Daar houden de vlinders van. Ook vandaag zie ik weer veel grote, blauwe Morpho-vlinders vliegen. Als ze van het fruit eten, dan hebben ze hun vlinders meestal opgevouwen en hebben een totaal andere kleur. Een vlinder die de vleugels uitgespreid heeft op een blad is heel bijzonder.

De overgang van de vlinder naar de gorilla is voor sommige mensen misschien groot, maar voor mij niet. Want een vlinder is teer en dat is een baby ook. Vraag maar aan moeder gorilla, die geen enkele jonge gorilla in haar buurt veelt. Een moeilijk woord hè, velen. Maar wel mooi, want dat past wel bij dit onderwerp. Velen hebben naar de moeder gekeken, zo veel dat ik opa even kwijt ben. Hij staat grinnikend bij een ander raam en heeft alles in de gaten.

Nou als hij spelletjes wil spelen, dan kan dat. Maar eerst even eten. En dan klimmen en glijden en klimmen en weer glijden of beter toch maar naar beneden klimmen en weer omhoog. En opa die ziet mij niet meer en maakt zich ongerust, omdat er ook enkele heel kleine kinderen zijn en anderen die ruzie zoeken. Hij vindt het een beetje te druk worden en zegt dat we verder moeten. Langzaam op weg naar huis.

Via de olifanten, die alles onthouden dus kun je ze beter niet plagen, komen we bij de leeuwen. De jonge leeuwinnen liggen tegen het huis aan waar de jonge leeuw achter glas ligt. En hij wil het liefst naar zijn nieuwe vriendinnen toe. Maar moet nog even wachten.

De krokodillen liggen vandaag niet bij elkaar. De schildpadden zijn druk in de weer en de mensen verdringen elkaar daar allemaal. Alleen de kinderen krijgen voorrang. Dan kun je beter in het voormalige apen- en vogelhuis kijken. Daar lopen en vliegen veel dieren los. En sommige zijn neppers, om mensen zoals mijn Opa IJsbeer voor de gek te houden.

Genoeg verteld voor vandaag. Op de terugweg naar het station gaat vlak voordat de tram wil passeren een brug open. Dat is best een leuk gezicht. En al die fietsers die zich dan naar voren dringen en meteen wegsprinten terwijl de bomen nog omhoog gaan… En de gevolgen voor ons? Nou wij missen onze trein. Niet dat zoiets veel uitmaakt, want er gaan meer treinen naar Almere en mijn mama is toch nog aan het werk.


Geen opmerkingen: