21 december 2019

De schatjes

Zaterdag 21 december 2019

 Mijn droom komt uit, nou ja droom… een nachtmerrie is het, zo een van dit kan alleen mij overkomen. Is mij overkomen; gisteren. En nog begint mijn hele lijf te trillen, lig ik in bed te shaken.

Het is dinsdagmorgen half acht, mijn uitslaapdag en ik droom net over liefde als ik door het doordringende geluid van de deurbel word gewekt. Snel schiet ik mijn ochtendjas aan. Voor de deur staat Nel, mijn chaotische buurvrouw.

‘Sorry maar uh… nou ja de leraren staken weer eens en daarom uh… en ik moet naar mijn werk dus dacht ik… Janus wil wel op mijn kinderen passen, want die is toch vrij vandaag. Daarom…’, ze geeft de kinderen een zetje, draait zich om en loopt weg. ‘O ja, ik kom ze om ongeveer vier uur weer halen’, zegt ze als ze al in haar auto zit.

Merel en Lion heten de twee duiveltjes van Nel, een alleenstaande moeder. Vader Chris is er na de geboorte van de tweeling meteen vandoor gegaan. En met wat ik allemaal al heb meegemaakt met die kinderen, acht zijn ze nu, kan ik hem geen ongelijk geven. Het etiket ettertjes is op hun voorhoofd geplakt, je kunt ze geen tel alleen laten. En toch moet dat gebeuren, want ik ben nog niet aangekleed.

Snel schiet ik een oud trainingspak aan, maar als ik beneden ben ligt er al een lege zak chips op de grond en is Benny, mijn goedzak van een retriever, met zijn staart vastgebonden aan een tafelpoot. Vragen of die twee de hond samen willen uitlaten is er nu niet meer bij. Dat zal ik met hen moeten doen, want alleen thuislaten. Pffff.

Tijdens het blokje om doen ze gelukkig poeslief, gedragen zij zich als lieve buurkinderen, maar eenmaal binnen in mijn altijd keurig opgeruimde huisje is het meteen raak. Terwijl ik Bennie zijn eten geef pakt Lion de krant uit de brievenbus en scheurt Het Dagelijkse Nieuws in kleine snippers. Voor Merel het sein om het op een schreeuwen te zetten, want zij wil de pagina met strips lezen. Ik heb nog wel een paar klassieke stripboeken, maar die vertrouw ik dit tweetal toch echt niet toe.

Snel begin ik de snippers op te ruimen en om half tien ziet alles er weer redelijk uit. Angstvallig kijk ik op de klok. De dag duurt nog zo lang. Wat moet ik met dit duo. Een glaasje limonade? Ja en dan alles over de grond zeker. En ze mee naar buiten nemen? Het regent inmiddels pijpenstelen en Nel heeft hun geen regenjasje meegegeven.

In de keuken geef ik ze beiden toch maar iets te drinken en een Snelle Jelle. Dat drinken gaat gelukkig niet over de vloer, maar de ontbijtkoek wordt verkruimeld boven de tegelvloer. Ik zet ze aan de keukentafel en pak papier en wat kleurpotloden. ‘Maak maar een mooie tekening voor jullie moeder’, zeg ik. Daar zijn ze een half uurtje mee zoet, maar daarna hoor ik het gekras en hoor punten afbreken. Merel hanteert de puntenslijper en het slijpsel… inderdaad op de vloer.

‘Ik wil het rood nou ook wel eens een keer; schreeuwt Merel tegen haar broer als alle punten weer scherp zijn. ‘Nou dan delen we die toch’, antwoordt Lion en breekt het rode kleurpotlood doormidden.

Enfin, er komen tekeningen en zo gaat de ochtend voorbij. Tussen de buien door laten we Bennie nog een keer uit. Een beker melk gaat tijdens het middageten om over tafel. De knakworstjes worden naar de hond gegooid, die al kwispelend daarvoor bedankt en zijn angst alweer te boven is.

Om twee uur parkeer ik de kinderen op de bank en zet de televisie aan. Zelf kijk ik zelden en ik heb nog zo’n ouderwets klein ding op een kast staan. Heel wat anders dan dat bakbeest van Nel dat bijna een halve muur beslaat. Van kinderprogramma’s heb ik geen benul. Maar Lion en Merel weten wel raad met de afstandsbediening en zappen langs de diverse zenders. En uiteraard levert dat weer ruzie op, want de een wil hierna naar kijken en de ander vindt dat ‘saai’ en ‘niet cool’.

De tijd kruipt en om tien over vier komt eindelijk Nel om mij te verlossen van haar schatjes. Vertederd kijkt zij naar haar kinderen, die haar meteen hun tekening laten zien. ‘Zijn ze wel lief geweest, vast wel’, vraagt mijn buurvrouw nog. Wat moet ik? Moet ik haar echt vertellen dat ze mij zoiets niet nogmaals moet flikken want dat haar kroost een onhandelbaar stelletje is! Ik slik het maar in en ben blij dat ze snel vertrekt. Met een diepe zucht doe ik de deur achter hen dicht.



Opa IJsbeer


Voor de december uitdaging 2019 van Schrijvelarij op Facebook.

Opdracht: De buurvrouw staat om half 8 ’s morgens voor de deur met de mededeling dat er een staking is op school, dat zij naar haar werk moet en of jij dus op de kinderen kunt passen die dag. Voordat je nee kunt zeggen, heeft ze de kinderen al bij je naar binnen geduwd en stapt in haar auto. Door het open raampje laat ze nog snel weten dat ze ze rond vier uur weer op zal halen en heel erg bedankt voor je hulp.

En daar sta je dan.

Wat ga je doen, hoe vul je deze dag in. Vertel dat in een verhaal van ongeveer 800 woorden.












Geen opmerkingen: