31 januari 2019

De uitnodiging


31 januari 2019

 In juni viel er een kaartje in de bus: Uitnodiging komen jullie dit jaar de feestdagen bij ons doorbrengen.

Mien heeft meteen de telefoon gepakt en heeft haar zus Deborah gebeld. ‘Natuurlijk komen wij, wij willen dat kasteeltje van jullie nu eindelijk wel eens een keer bekijken.’

Vijf jaar geleden is Deborah getrouwd met Graaf Angelotti en na die gedenkwaardige dag hebben wij haar en haar graaf nooit meer gezien. Inderdaad wij zijn de arme tak van de familie en mijn schoonzus heeft het een beetje hoog in haar bol. Daarom heeft zij al het contact afgehouden. Bovendien kunnen ons niet zomaar een reisje naar Zuid-Tirol veroorloven. Een auto hebben wij niet en thuis doe ik alles op de fiets, behalve als ik naar de stad moet dan neem ik de bus. Maar voor dit uitje heb ik de bromfiets van buurman Nelis kunnen lenen. En ik heb beloofd dat wij voorzichtig zouden zijn.

Ik heb uitgerekend dat wij er ongeveer een weekje over zouden doen. Iedere dag ongeveer tweehonderd kilometer rijden. De eerste dag iets meer en naarmate wij het kasteeltje van Angelotti en Deborah naderen zal het steeds lastiger worden, omdat we over de bergen moeten. Omdat het brommertje niet zo heel groot is kunnen we geen tassen meenemen, daarom hebben we maar een paar lagen kleding over elkaar aangetrokken. Scheelt ook weer tegen de kou.

De reis vordert goed en vandaag wordt het dus feest. Dan komen wij aan bij mijn schoonzus en aangetrouwde zwager. Mien heeft in het dorp nog een bloemetje proberen te kopen, maar dat lukt niet. Maar met lege handen willen we niet aankomen, daarom heb ik maar snel een boompje omgehakt.

Met de boom onder de armen gaat het laatste stukje over de ruim anderhalf kilometer lange brug naar het kasteel. Dat we goed zitten weten we als het bordje C van Castello voor ons verschijnt. Het is inmiddels al aardig donker geworden en lichtjes zien we nog niet branden. Maar dan eindelijk staan we aan de poort. Mien klopt aan, maar er verschijnt niemand. Ik bonk met mijn vuist op de houten toegangsdeur, maar in het kasteel blijft het stil, alle lichten zijn uit.

Ik leg een arm om de schouders van Mien, die in huilen uitbarst: ‘Jaap heeft mijn zus weer de kluit bedonderd.’



Opa IJsbeer

Geschreven voor de januari uitdaging van Schrijvelarij









Geen opmerkingen: