27 april 2009

Expeditie schater

Het heeft heel lang geduurd voor ik thuis – en ook elders – een bad durfde te nemen. Dat is allemaal terug te leiden naar mijn onbezorgde jeugd. Naar dat ene moment in zwembad De Sijsjesberg. Het openluchtzwembad in Huizen. De dag van de eerste zwemles. Ik had geen enkele angst voor water en sprong zo het diepe in, want ik ging immers zwemmen. Tja, er was gelukkig een oplettende badmeester die mij van de bodem haalde, want anders had niemand dit stukje kunnen lezen.
Met mij en water is het nooit meer goed gekomen. De zwemlessen werden een krijspartij. Steeds erger, tot mijn ouders me van zwemles hebben gehaald. Zwemmen heb ik daarna zelf geleerd. Nee niet echt goed, maar ik kan me redden. Maar wel met een gebruiksaanwijzing. Die heb ik mezelf opgeplakt. Met koeienletters, zodat mijn naaste omgeving er rekening mee kan houden.
Tijdens het zwemmen – of drijven – mag er namelijk niemand in mijn buurt komen, want anders slaat de angst weer toe en raak ik in paniek. Ja, als ik kan staan in het zwembad of in zee, dan is er niets aan de hand. Hoewel, toch heb ik liever niet dat er iemand onverwacht in mijn buurt komt als ik aan het zwemmen ben.Als ik niet stevig met twee benen op het beton ben verankerd, met twee voeten in het zand sta ingegraven.
Niet iets om als opa ijsbeer trots op te zijn. Een ijsbeer die bang is voor water? Waar kom je die tegen? Maar het is nu eenmaal de realiteit en ik heb ermee leren leven.
Ik kan me daarom ook heel goed indenken dat mijn kleinzoon Gianny een bloedhekel heeft om onder de douche te gaan staan. Al die harde waterstralen over zijn gezicht. En daar dan lekker in proestend schudden, zoals een echte ijsbeer de spetters van zich afschudt. Vraag dat maar aan Naomi, die weet er alles van.
Ook mijn kleinzoon heb ik meegenomen onder de natte druppels uit de douchekop, maar voorlopig heeft hij nog steeds veel ontzag voor dat water. En een vrolijke douchepartij, daar moeten we nog even op wachten. De angst om met het badwater weggegooid te worden, is gelukkig verdwenen.
Toch heeft het wel een tijdje geduurd voor expeditie schater – in het bad - ook maar ene kans van slagen had. Zijn zwemlessen hebben daar uiteraard toe bijgedragen. En mijn gunstige inbreng is volledig te verwaarlozen. Die eer zal ik nooit opstrijken. Maar mag ik daarom niet genieten?
Genieten van die momenten waarop Gianny zijn lach laat zien, laat horen. Zoals vanmorgen.
Gaat Gianny mee onder de douche? Bij dat woord slaat de stress al bijna toe. Zijn harde ‘nee’ laat ieder vraagteken acuut verdwijnen.
Gaat Gianny mee in bad? Die vraag had ik meteen moeten stellen. Een lichte aarzeling en dan ‘ja’.
Mamoe laat het bad vollopen en legt een washandje, een bal en een spons klaar. Ik kleed de kleine man uit tot op zijn ijsberenkleinzoonvelletje en zet hem in een zwaai in bad. Zachtjes zakt hij door zijn knieën, zijn billetjes toetsen de doorlaatbaarheid van het warme water. Een aarzeling, dan recht overeind. Dit is niet wat hij wil.Maar na enige drang gaat hij zitten, wordt hij in een zittende houding geplaatst. En dan!
Een vrije vertaling van Herman van Veen: spetter, spatter, spater. Gianny is niet bang voor water. Zijn ruggetje, armpjes, beentjes worden ingezeept met babyshampo. De spons uitgeknepen boven zijn hoofd.Nee geen brulpartij. Genieten, schateren.
Met het washandje kun je gooien en in het water slaan. De bal geeft ook al van die fantastische spatten. Zitten, schuiven, kruipen, staan. Allemaal in de gevulde badkuip.
‘Popa bal, Popa doekje.’
Het klinkt misschien dwingend, maar het is het niet. Het is vertederend.
De spetters vliegen om mijn oren. Mijn T-shirt is bijna net zo nat als Gianny’s velletje. De tegels van de badkamer, worden vochtig en vervolgens echt nat. Het spel gaat door tot, het water zijn warmte verliest. Voor Gianny kippenvelvelletje krijgt.Hij wordt uit bad getild.
Ja, en dat wil hij eigenlijk niet. Wie had dat nou gedacht.

Geen opmerkingen: